 |
|||||||||||
|
 |
De lagere school stond aan de Oosterstreek. Het was een school met zes leerkrachten en in iedere klas zaten een stuk of twintig leerlingen. Ook hier werd veel gezongen. Meester Woudstra was een groot liefhebber van operette. Mieke en Sietske herinneren zich de opvoering van 'Repelsteeltje' waarin broer Wilt de titelrol vervulde. En 'Pauwoog - veertig weken oud.' |
 Sietske en Mieke |
Verder staat de tweeling nog goed bij dat Sinterklaas op school kwam en onder de indruk was hoe mooi Mieke en Sietske konden zingen. Hij opperde dat hij de twee wel wilde meenemen naar Spanje. "Neem ze maar mèt, hoor," zei moeke. De twee begonnen natuurlijk prompt te brullen. Maar desondanks was Sinterklaas altijd een feest. "Met moeke liepen we naar Noordwolde om naar de Sinterklaastafels in de etalages te kijken. De vijf kilometer lopen naar het dorp was op zich al een feest. En we geloofden nog zó in Sinterklaas."
Ook de kermis was een festijn. "We kregen dan een dikke zuurbal van moeke. Of een reep chocola. We zogen er dan een punt aan en deden wie hem het langst in de mond kon houden."
Met Pasen kregen Mieke en Sietske een sinaasappel. "Daar rook je aan en voelde je aan. Als je eindelijk besloten had hem op te eten was hij al helemaal bitter."
En als er een schoolfeest was, dan kregen de meisjes strikken in het haar met suikerwater om het kapsel goed in model te houden. Hairspray avant la lettre! |
Als ik vraag of ze als kind ooit in Assen of Groningen zijn geweest of in Amsterdam, schudden Mieke en Sietske het hoofd. "Nee, we gingen in de zomer met de boerenwagen naar Appelscha.", zo vertelt Mieke. "Verder dan daar kwamen we niet. Eten en drinken mee voor onderweg. In 'De Kale Duinen' waren vennetjes waar je zwemmen kon. In gehuurde badpakken - met een kruis dat tussen de knieën hing."
"We zijn trouwens wel een keer met de bus naar Paterswolde geweest", zo herinnert Sietske zich. "Een dagje naar het Paterswoldse meer. Het staat me bij dat we toen ranja mee hadden in melkbussen." |
 De Kale Duinen te Appelscha |
 De versierde wagen met paard ervoor |
Bij een wagenoptocht had de familie een wagen prachtig opgesierd met lijsterbesjes. Maar het thema dat werd uitgebeeld, was het koningshuis en in Weststellingwerf was men niet erg koningsgezind. Daarom kreeg hun wagen, hoewel eigenlijk de mooiste, niet de eerste maar de tweede prijs. Met de versierde wagen werd een tochtje gemaakt naar Appelscha. |
Na de lagere school gingen Mieke en Sietske naar de huishoudschool in Olderbekoop.
We gaan naar Olderbekoop toe,
de kookschool die is daar. Naar huis gaan dan ontmoeten we steeds de landbouwschaar. De hoeden in de handen groeten ons galant. Wij wuiven wederkerig gracieus en elegant. |
 Sietske voor de huishoudschool te Olderbekoop |
 |
Ze gingen lopend naar Olderbekoop waarbij ze vaak de kortste route namen, langs een weg met veel prikkeldraad. Vooral Mieke liep nog weleens een scheur in haar jas op die ze zelf herstelde (op school leerde hoe ze dit het beste kon doen) en Moeke heeft het nooit geweten of er in elk geval nooit wat van gezegd.
De huishoudschool was een gezellige school met allemaal meiden. Sietske herinnert zich juffrouw Zwaga uit Beesterzwaag nog als een heel mooie vrouw. Mieke en Sietske hebben nog gezongen toen ze ging trouwen. |
 |
Tijdens de oorlog moesten de meisjes op school van oude kleren nieuwe maken. Ook werd hun geleerd uit één jurk twee jurken te fabriceren. Het staat beiden nog goed bij hoe moeilijk dat was. |
|